8 tips voor je eerste les

8 tips eerste les Blijven Leren
De eerste les is altijd spannend. Zowel voor de studenten als voor jou is het even wennen na een aantal weken vakantie. Je wilt graag een goede start maken, omdat je in die eerste les de basis neerzet voor het hele schooljaar. Voor veel leraren ligt de druk daardoor best hoog bij zo’n eerste les. In dit artikel deel ik een aantal tips met je, zodat je met een goed gevoel je eerste les in gaat.

1. Bedenk hoe je de studenten ontvangt

De les begint bij het eerste contact dat je met je de studenten hebt. Hoe ga je ze ontvangen? Sta je bij de deur, zit je achter je bureau, sta je in je lokaal? Hoe begroet je de studenten en wat treffen zij aan in het lokaal? Kunnen ze willekeurig ergens zitten of geef je ze een kaartje mee met een kleur of figuur en moeten ze aan een tafel gaan zitten waar diezelfde kleur of het figuur terugkomt? Kunnen ze dan even met elkaar kletsen of ligt er een startactiviteit klaar?

Zelf vind ik het prettig om de studenten bij de deur te begroeten, van mij mogen ze willekeurig een plekje zoeken. Bij nieuwe groepen kan ik me voorstellen dat je een manier bedenkt om ze ‘te plaatsen’, zoals met gekleurde kaarten of kaartjes met een figuur. Op die manier maken ze direct kennis met een student waar ze in eerste instantie niet naast zouden gaan zitten. Je kunt je aanpak uitproberen en achteraf of tijdens bekijken of het fijn werkt. Als dat niet zo is, kun je verderop in de les studenten zelf van plek laten wisselen bij een wisselmoment (van lesonderdeel A naar lesonderdeel B).

2. Bedenk hoe je jezelf voor gaat stellen

Studenten zijn benieuwd naar elkaar en ook naar jou. Kies voor een luchtige manier om jezelf voor te stellen. Je kunt een paar dingen over jezelf vertellen (naam, leeftijd, waarom je voor het docentschap en jouw vakgebied gekozen hebt, wat je leuk vindt aan lesgeven en misschien wat leuke feitjes). Je kunt jezelf voorstellen aan de hand van een fotocollage, een leuk vakantieverhaal of een bijzondere ervaring…

Ik kies er vaak voor om hier een activerende werkvorm aan te verbinden. Kort vertel ik mijn naam en wat ik voor de studenten ben (hun leraar of ook mentor of iemand die ze treffen in een project dat ik leid), daarna start ik de werkvorm. Studenten mogen in groepjes van 4 inschatten wie ik ben, wat mijn leeftijd is, wat mijn hobby’s zijn, mijn favoriete vakantieland, of ik sport en zo ja wat ik dan doe etc. Daarna geef ik ze het verlossende antwoord! Leuk aan deze vorm is dat ze samen moeten werken om mij in te schatten. Dat is altijd een hele gezellige activiteit met een goede sfeer.

3. Investeer in een kennismaking met de klas

Je wilt natuurlijk ook de klas leren kennen en de studenten zijn benieuwd naar elkaar. Kies voor werkvormen om elkaar te leren kennen. In dit artikel geef ik een paar simpele voorbeelden voor de kennismaking.

4. Maak de studenten enthousiast over jouw vak

Een belangrijk onderdeel van een fijn werk- en leerklimaat is dat je studenten zin hebben in jouw les, dat ze het nuttig vinden en dat ze enthousiast worden over wat ze gaan leren. Je kunt de eerste les goed gebruiken om jouw enthousiasme voor het vak over te brengen en om uit te leggen wat ze aan jouw vak hebben. Mijn ervaring is dat leerlingen het ook fijn vinden om te ontdekken hoe je de lessen gaat aanpakken. Op welke manier gaan studenten leren over jouw vakgebied?

Zelf benut ik dit moment graag om te polsen wat studenten willen leren en welke aanpak zij fijn vinden. Je kunt zo inschatten wat de studenten enthousiast maakt en daar tijdens de lessen op inspelen. Hier kun je flappen voor gebruiken. Laat studenten in groepjes opschrijven wat ze al weten, wat ze zouden willen leren en hoe ze dat graag zouden willen doen. Je kunt ze wat richting geven door te benoemen dat je in elk geval een bepaalde aanpak hebt om kennis en vaardigheden over te brengen, maar dat je graag wilt weten of ze bepaalde excursies, experts of samenwerkingsopdrachten leuk zouden vinden. Je kunt dan kijken of je daar wat mee kunt in je lessen!

5. Maak contact met de studenten

Eigenlijk is het vooral belangrijk dat je goed contact legt met je studenten. Door activerende werkvormen in te zetten, waarbij studenten met elkaar bezig zijn met een opdracht ben je zelf ‘vrij’ om contact te leggen. Loop de groepjes langs, kijk hoe het gaat, complimenteer studenten die goed werken, knoop korte gesprekjes aan met studenten. In de eerste weken investeer ik hier extra in, zodat ik in korte tijd een fijne relatie met de studenten opbouw.

Een belangrijk punt als het gaat om contact maken: de namen leren kennen. Ik werk graag met een ‘smoelenboek’/fotolijst zodat ik de studenten met foto en naam kan zien. Ook werken werkvormen waarbij je de namen moet onthouden goed. Laat studenten bijvoorbeeld hun naam noemen en een eigenschap die bij ze past die dezelfde letter als hun voornaam heeft. Of de bal overgooien en de naam van de leerling noemen waar de bal heen gaat. Wat werkt voor jou?

6. Stuur actief aan op een fijn leer- en werkklimaat

Naast dat je de basis neerzet als het gaat om contact met je studenten en het enthousiasme voor jou en jouw vak, is de eerste les ook een moment om de norm neer te zetten als het gaat om gedrag. Wat wil je wel en wat wil je niet in het klaslokaal? En hoe hanteer je dat? Zorg ervoor dat je van tevoren bedenkt wat je belangrijk vindt en dat je je verwachtingen uitspreekt. Je kunt dat letterlijk een onderdeel maken van je les, ik ken leraren die de regels op het scherm projecteren en stap voor stap doornemen. Je kunt ook terwijl de les bezig is bijsturen.

Ik vind een aantal dingen belangrijk (wel meer, maar dit is de kern) en daar stuur ik op aan:

  • Veiligheid binnen het klaslokaal (iedereen mag er zijn, we laten elkaar uitpraten, als iemand praat heb je aandacht voor elkaar, je hebt begrip voor ieders situatie en geduld als iemand vragen heeft of het nog niet zo goed lukt met een opdracht)
  • Een goede sfeer (informele gesprekjes zijn welkom op gepaste momenten, we ondernemen ook [leer]activiteiten met elkaar, we hebben een open houding naar elkaar)
  • Een leerhouding (studenten staan open voor leren, durven vragen te stellen, staan open voor feedback of leren daar steeds meer mee om te kunnen gaan en leerlingen nemen initiatieven om te leren).

In mijn mentorgroep kies ik voor een werkvorm waarbij we samen bepalen wat we belangrijk vinden in een fijn leer- en werkklimaat. Die waarden en normen nemen we mee in een ‘klassengrondwet’. Gedurende het jaar monitoren we of dat goed gaat en doen we waar wenselijk activiteiten om bij te sturen. Na een paar maanden merk je meestal dat er meer groepjes ontstaan in de klas. Het is geregeld voorgekomen dat we teambuildingsactiviteiten gingen doen om meer een groep te worden waarbij we ook ‘buiten de bekende groep’ willen leren.

7. Kies bewust een tafelopstelling

De manier waarop je tafels en stoelen neerzet, heeft invloed op het leer- en werkklimaat. Door een opstelling kunnen studenten elkaar wel of niet goed zien, kunnen ze gemakkelijk met een laptop werken of niet, hebben ze aandacht voor elkaar in plaats van voor de docent of is het juist makkelijker om de aandacht op de docent te richten. Bij sommige opstellingen kunnen studenten zich letterlijk ‘verschuilen’ en zijn ze minder betrokken. Bedenk welke opstelling voor jou(w werkvorm) werkt.

Bij de start kies ik vaak voor een kring, zodat studenten aandacht hebben voor elkaar en voor mij en we een open gesprek kunnen voeren. Voor samenwerkingsopdrachten kies ik voor groepjes van 4 en zet ik de tafels zo dat de studenten elkaar aankijken en zo meer geactiveerd worden dan dat maar 2 studenten elkaar kunnen aankijken. Het is soms even schuiven en doen tussen lesactiviteiten door, dat kan je met de studenten doen. Plaats bijvoorbeeld een foto van de opstelling op het scherm en laat studenten het nabouwen.

8. Leg de lat niet te hoog

Ik hoop dat je veel aan deze tips hebt. Misschien is de laatste tip wel het belangrijkst. Leg de lat niet te hoog… We zijn allemaal geneigd om perfect te willen starten en we zijn bang dat een slechte start het hele schooljaar je lessen verprutst. Natuurlijk maakt een goede start veel uit, maar zoals een collega mij ooit vertelde toen ik nog in opleiding was: “Studenten zijn ook heus wel vergevingsgezind”. Je kunt prima een tweede les wat strakker inzetten, als de eerste les niet goed ging. Of benoemen dat je misschien wat taakgericht van start ging en dat je beseft dat het goed is om elkaar eerst wat meer te leren kennen. Blijf in elk geval je lessen evalueren (ook met de leerlingen) en blijf telkens aansluiting zoeken bij je doelgroep.

Wat zijn jouw belangrijkste tips voor een goede start? Zijn er werkvormen die je kunt aanraden? Werk je bijvoorbeeld met een smoelenboek en ‘namen-leren-kennen-werkvorm’ om snel de namen te leren kennen of pak je dat anders aan? Laat het weten in de reacties.

Word ook onderdeel van de Blijven Leren community!

Op sociale media praten we verder over onderwijs en delen we tips met elkaar. Volg Blijven Leren op Facebook, Youtube en Instagram. Wil je meer dan dat? Bekijk hier meer informatie over mijn diensten en samenwerken.

2 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *